Interview in Plus Magazine

Ze schitterde in films en tv-series maar is de laatste jaren vooral bekend om haar humoristische columns en romans. Daphne Deckers besloot in het coronajaar met een open en vooral positieve blik naar haar eigen land te kijken en schreef het optimistisch en vrolijk stemmende boek Uitwaaien, geluk dichtbij huis.

Geschreven door: Margriet de Groot

Vroeger wist ik als kind een ding heel zeker; ik ga boeken schrijven. Dat is het enige wat ik altijd echt heb gewild. Al het andere zoals mijn modellenwerk, het acteren en presenteren is mij min of meer overkomen omdat ik net als Pipi Langkous altijd overal volmondig ‘ja’ op zei. Die mentaliteit heb ik mijn kinderen ook meegegeven. Niemand in het leven komt je iets brengen, je moet het echt zelf gaan halen. Een wijsheid die ik zelf heb moeten ontdekken. In mijn tijd had je als kind weinig inbreng, niet in wat je aan had of wat er gegeten werd maar ook niet in grotere beslissingen als vakantie of verhuisplannen. Ik weet nog hoe mijn moeder en ik op een donkere novemberavond naar de kerk liepen waar ik in het kerkkoor zong. Ze vertelde dat ze een heel grote verrassing voor me had. Opgetogen vroeg ik of Sinterklaas dit jaar bij ons lang zou komen. Maar nee, het was geen verrassing in de categorie leuk. We gingen verhuizen van hartje Nijmegen naar een boerderij in Persingen, het kleinste dorp van Nederland in de Ooijpolder. Ik was in shock. Ik was negen jaar, zat in de vijfde klas van de lagere school en wilde heel graag bij mijn vriendjes en vriendinnetjes blijven. Dat betekende dat ik samen met mijn broer iedere dag een uur op en neer van huis naar school fietste. Ook de middelbare school was een uur fietsen. Weer of geen weer; ik heb door de sneeuw geploeterd, door stromende regen en had altijd wind tegen. Iedereen die buitenaf woonde fietste zo’n eind, niemand werd gebracht. ’s Winters rook het in de klas vaak naar natte hond met al die verregende en verkleumde kinderen. Het was niet klagen maar dragen. Dat vormt je wel, figuurlijk maar ook letterlijk. Toen ik later modellenwerk ging doen, wisten ze in Parijs niet wat ze zagen. Met mijn fietskuiten paste ik amper in de uitgekozen laarzen.

Ik paste sowieso niet goed in de modellenwereld. Tijdens mijn eerste jaar studie in Utrecht zag ik een oproep voor een modellenwedstrijd waarbij je een scooter kon winnen. Ik deed vooral mee voor die scooter, want ik moest ver fietsen naar college. Maar ik werd tweede en won… een pennenset. Het universum probeerde me toen al wat te vertellen, haha! Toch verruilde ik mijn studie voor modellenwerk. Mijn ouders hadden het gevoel dat ik met het circus mee ging. Het is ook een gekke wereld waar ik geen idee van had. Mijn karakter maakte me niet altijd even geschikt als fotomodel. Ik had op mijn achttiende best een grote mond en een antiautoritaire houding. Nijmegen was in de jaren ’80 een rebelse krakersstad en ik kwam ook nog eens van het boerenland, dus het Parijse tais-toi et sois belle (houd je mond en wees mooi) was niet echt aan mij besteed. Maar ik wilde graag méér van de wereld zien dan weilanden en de kerktoren van Persingen, dus ik was overal voor in. Dat begon al op de middelbare school: ik zat niet alleen in de leerlingenraad, maar ook bij de schoolkrant, de toneelclub en het feestbestuur. Ik heb tot mijn achttiende voor Club Veronica gewerkt, tv-programma’s gemaakt en gepresenteerd. Ieder weekend ging ik met de trein naar Hilversum. Mijn ouders vonden dat best. Volgens mij zagen ouders toen minder gevaar dan nu. Vanaf mijn zeventiende reisde ik in mijn eentje de wereld over. Zonder creditcard of mobiele telefoon. Ik woonde in Tokio, Milaan, Parijs, New York, Los Angeles en Miami. Mijn ouders hoorden soms lange tijd niets van me. Geen nieuws, goed nieuws was het motto. Van ‘#metoo’ had niemand gehoord, maar het gebeurde natuurlijk geregeld. Ook ik heb meegemaakt dat fotografen zich op me stortten en dat grote klanten oneerbare voorstellen deden. Ik had het geluk dat ik verbaal goed van me af kon bijten. Komt bij dat ik bij een bureau zat dat geleid werd door vrouwen die me waarschuwden voor bepaalde types. Het bleef bij waarschuwen. Niemand deed er iets aan, tot ver in de jaren negentig werd het gewoon geaccepteerd als iets “wat er nu eenmaal bijhoorde”. Onvoorstelbaar toch?

Ik stopte met het modellenwerk toen ik bij de televisie kon gaan werken. Ik had net een boek geschreven over de internationale modellenwereld en werd daarover geïnterviewd door Veronica radio. Op de gang kwam ik mensen tegen die ik nog kende van Club Veronica. Ze zochten een nieuwe presentator voor een reisprogramma. Of dat niet iets voor mij was? Natuurlijk! In dezelfde periode leerde ik Richard kennen op een gourmetavondje bij vrienden. Ik zie ons nog staan schutteren in de keuken van dat huis. Hij had gehoord dat ik een boek had geschreven maar dacht er duidelijk het zijne van. Een model die een boek schrijft, het zal wel. Ik op mijn beurt had nog nooit van hem gehoord en kon niet geloven dat hij achtste van de wereld was. Twee maanden later kwamen we elkaar per toeval weer tegen. Hij vroeg me mee uit, maar ik zou die week naar Los Angeles vliegen. Dat trof, want hij moest ook naar LA voor een commercial van Nike. Ik kon er dus niet meer onderuit. Later hebben we onze kinderen nog eens meegenomen naar het restaurant van onze date. Daar is immers de vonk overgeslagen. Ik vond hem meteen zo’n leuke vent, heel grappig en droog. Voor die tijd geloofde ik heilig in een relatie van tegenpolen met veel drama en weer goedmaken. Richard is het tegenovergestelde, hij is door en door betrouwbaar en stabiel. Hij is mijn anker.

Nu heb ik ervaren wat het ultieme loslaten is. De maakbaarheid van ons leven is door corona enorm in botsing gekomen met de realiteit. Ik dacht dat ik redelijk Zen was, maar ik heb erg veel moeite gehad met het feit dat ineens allemaal dingen niet doorgingen. Ik was net overgestapt naar een nieuwe uitgever, dat betekent ook dat al mijn oude boeken een nieuwe editie moesten krijgen. Net toen corona uitbrak en heel Nederland thuis zat en het lezen weer oppakte, lag er geen boek van mij meer in de winkel! De film ‘Alles is zoals het zou moeten zijn’ dreigde als een nachtkaars uit te gaan. Bijna drie jaar lang ben ik bezig geweest met de verfilming van mijn gelijknamige roman. Uiteindelijk werd de film toch een enorme hit, hij werd afgelopen zomer uitgebracht toen de bioscopen weer opengingen. Dat was een onverwachte meevaller, maar overal in mijn branche – de culturele en creatieve sector – zag ik kaalslag, verdriet en faillissementen. Door al die negatieve berichten in de media, voelde ik een grote behoefte aan positiviteit. Zo is mijn boek ‘Uitwaaien, geluk dichtbij huis’ ontstaan. Ik was oorspronkelijk van plan een boek te schrijven over Niksen. Dat Nederlandse begrip was eind 2019 volgens TIME Magazine dé nieuwe Noord-Europese trend om een gestrest leven tegen te gaan. Het leek me geestig om daar een boek over te schrijven, maar toen kwam Corona en was de tijd van niksen voorbij. Iedereen is blij dat-ie nog werk hééft. We hebben nu veel meer behoefte aan uitwaaien, liefst in eigen land. Met groot enthousiasme heb ik me daarop gestort. Ik heb alleen maar dingen opgezocht waar ik blij van werd; mooie dorpjes, bijzondere overnachtingen, typisch Nederlandse gewoonten. Zo leuk om dat allemaal uit te zoeken. Ik kwam zoveel dingen tegen die ik niet wist en die ik nog graag wil ondernemen. Met een fluisterboot de Biesbosch ontdekken en over de Vliehorst op Vlieland rijden. De natuur is voor mij sowieso een goede oplaadplek. Ik ga elke dag naar buiten om een stuk met de hond te lopen of met Richard te fietsen. De natuur blijft gelukkig altijd open.

Het schrijven blijft ook doorgaan; ik ben een paar jaar geleden gestopt met televisie om meer te kunnen schrijven. Ik heb een jeugdboek geschreven, Het vliegende schaap, en een roman, Dubbel zes, waarvan de filmrechten nu ook verkocht zijn. Ik heb de laatste tijd wel meer moeite om me lang te concentreren. Ik dacht eerst dat het corona-stress was, maar het blijkt de overgang te zijn: dat heeft iets met mijn hoofd gedaan, ik ben minder helder en scherp dan voorheen. Ik wist eerlijk gezegd niet dat dat een typisch menopauze-verschijnsel is. Ik heb nu een pleister en een progesteron pilletje. Samen met sporten helpt dat prima.

Straks wil ik nog zoveel ondernemen. In mijn hoofd heb ik een rangeerterreintje vol ideeën. Mijn eerstkomende project is een historische roman, maar ik wil ook heel graag een verhalenbundel schrijven. Ik heb ruim twee jaar gewerkt aan Dubbel Zes. Na zo’n enorme spanningsboog ben ik wel toe aan korte verhalen. Het schijnt dat er in Nederland geen markt voor is, maar ik ga het gewoon proberen want ik vind het zélf een leuk genre. Er komt misschien ook een vervolg op Alles is zoals het zou moeten zijn. Ooit wil ik zelf een film maken, ik heb al eerder scenario’s geschreven voor comedyseries maar een filmscenario is echt een ander vak. Met zoveel plannen heb ik geen tijd om ver vooruit te denken. Als afgelopen jaar me iets heeft geleerd, dan is het wel dat het leven zomaar kan veranderen. Was ik net gewend dat de kinderen de deur uit waren en het zo beklemmend stil en leeg was in huis, waren we ineens weer met zes man in huis. Alsof we op een doorlopende groepsreis waren. Om corona irritaties te voorkomen hebben Richard en ik vanaf het begin duidelijk gemaakt dat we elkaar allemaal ons eigen leven laten leiden. Heel gezellig dat iedereen weer thuis is, inclusief de aanhang, maar ik ga niet meer opvoeden en vertellen waar de wasmand staat. Dat is een gepasseerd station. Als moederkloek vond ik het natuurlijk stiekem erg gezellig, maar het leven van mijn kinderen stond op de pauzeknop en dat doet pijn. Ik zie hen het liefst schitteren in wat ze graag doen. Richard en ik hebben ook nog dromen en ambities. We willen graag samen grote reizen maken, maar we gunnen elkaar ook veel vrijheid. Hij is onwijs actief en sportief. Met onze dochter is hij drie weken door Nepal getrokken en hij fietst met vrienden op geweldige locaties. Dat is niets voor mij, maar daar hoeft hij niet voor te laten. Als we in ons huis in Spanje zijn, ga ik naar mijn schrijfplek en pakt hij de racefiets en trekt de bergen in. Zo hebben we elkaar aan het eind van de dag nog iets te vertellen.

Ik hoop dat we samen gezond en actief oud mogen worden, dat is mijn droomscenario. Het enige waar ik écht bang voor ben, is dementie. Ik heb mijn vader onderuit zien gaan aan vasculaire dementie en dat was verschrikkelijk om te moeten meemaken. We waren opgelucht voor hem toen zijn lijdensweg voorbij was. Hij werd een heel ander mens en was doodongelukkig met zijn situatie. Voor mijn moeder was het ook vreselijk. Ze wilde hem zó graag helpen, maar het was haar man niet meer. Zo ervaarde ik het ook, ik probeerde hem op allerlei manieren te bereiken, maar niets werkte. Sterker, hij werd alleen maar verdrietig als ik met fotoboeken aan kwam zetten. Als ik bij hem in Zuid-Limburg op bezoek was geweest, zat ik tot aan Den Bosch te huilen. Bij dementie verlies je alles. Wie je bent, wie je was, hoe je denkt en de mensen van wie je houdt. Het is drie jaar geleden dat mijn vader is overleden, mijn moeder is 77 en loeisterk. Ze is de uitputtingsslag voorbij. Voor haar is mijn vader weer de man van toen geworden, de man waarvan ze hield. Zijn urn staat bij haar thuis, getooid met zijn favoriete pet. Ze houdt hele verhalen tegen hem, vertelt hem alle nieuwtjes. Ik ben blij dat ze hem weer ‘terug’ heeft. We komen graag bij haar langs. Dan staat de vertrouwde pan tomatensoep op het vuur, eten we kip en het toetje van oma en spelen we yahtzee. Tradities zijn er om gekoesterd te worden. Alleen al om die reden zal ik niet klagen over ouder worden. Als ik zo kwiek en pittig oud word als mijn moeder, kan ik me alleen maar gelukkig prijzen.”

Kader
Daphne Deckers (Nijmegen, 1968) is columnist en schrijfster van 23 kinderboeken, opvoedboeken en romans als ‘Alles is zoals het zou moeten zijn’ en ‘Dubbelzes’. Ze is getrouwd met oud-tennisser Richard Krajicek, samen hebben ze twee volwassen kinderen Emma en Alec. Daphne werd bekend als model, speelde in films en tv-series en presenteerde verschillende tv-programma’s. Onlangs verscheen haar nieuwe feelgoodboek ‘Uitwaaien, geluk dicht bij huis’. In deze ode aan Nederland laat ze op persoonlijke wijze zien hoe je rust kunt vinden in deze onrustige tijd, juíst in eigen land. Laat je inspireren tot een leven in een lagere versnelling maar met een hoger geluksquotiënt.